- Jacob Cats - |
Hij vestigde zich na zijn eed in 1603 in Middelburg , waar hij een werkzame praktijk had, vooral in geschillen over de kaapvaart, en werd evenals Simon van Beaumont (zie aldaar) in december 1603 tot stads-advocaat aangesteld. Op 29 mei 1605 trouwde hij in de Nieuwe kerk te Amsterdam met de 26-jarige Antwerpse Elisabeth van Valckenburg. De moeder van Elisabeth woonde in Antwerpen en zij was verwant aan de schatrijke familie Vogelaer.
Met het Bestand hield de kaapvaart op, en de stedelijke processen verminderden, zodat hij bij het einde van 1612 al zijn tijd en geld beschikbaar had om geïnundeerde landen in Zeeuws-Vlaanderen te bedijken. Ondanks veel tegenspoed en rechtsgedingen was hij na een aantal jaar groot grondbezitter geworden.
Van 30 oktober 1621 tot 31 maart 1623 was hij pensionaris van Middelburg . Vervolgens werd hij pensionaris van Dordrecht van 1623 tot 1636 . Op 3 juli 1636 werd hij benoemd raadpensionaris van Holland , waarbij negen jaar later het ambt van grootzegelbewaarder kwam. Cats was van 1629 tot 1631 ook al voor korte tijd raadpensionaris geweest. Tot 1651 bekleedde hij dit ambt.
Aan het einde der Groote Vergadering op 27 september 1651 , legde hij zijn ambten neer. Zijn Munnikenhof bij Grijpskerke , de Catshoeve bij Groede en bovenal Zorgvliet getuigden allen van zijn zin voor economie en buitenleven. Cats is de volksdichter van ons land, al heeft niet al zijn werk de tand des tijds doorstaan. Hij overleed op Zorgvliet ( Den Haag ), in het huis dat nu als ambtswoning van de minister-president in gebruik is, het Catshuis . Hij werd begraven in de Kloosterkerk in Den Haag . In deze kerk staat op de plaats waar zijn graf lag een gedenkteken.
(bron: wikipedia)