Johan de Witt - Johan de Witt werd in 1625 in Dordrecht geboren als tweede zoon uit een oud regentengeslacht. In 1650 werd hij, 25 jaar oud op dat moment, benoemd tot pensionaris van de stad Dordrecht. Zo kwam hij terecht in de Staten van Holland, waar hij opviel door zijn scherpe geest.
Toen stadhouder Willem II plotseling stierf, was zijn erfzoon (de latere Willem III) nog niet geboren. De Staten van Holland benoemden in 1653 Johan de Witt als raadpensionaris. Hij trad aan in een periode waarin de Republiek de hoogtijdagen van haar macht en rijkdom beleefde. De Republiek kreeg intussen ook last van twee vijanden: Engeland en Frankrijk. Johan de Witt probeerde met beide mogendheden op goede voet te blijven, wat het meest gunstig was voor de handel.
- Johan de Witt - |
- De moord op de gebroeders de Witt - |
---|
In het 'Rampjaar' 1672 werd de Republiek van alle kanten belaagd: door Engeland, Frankrijk en door de legers van de bisschoppen van Munster en Keulen. Johan de Witt kreeg van het volk de schuld van alle ellende. Begin augustus legde Johan de Witt zijn functie als raadpensionaris neer. Twee weken later werd zijn broer Cornelis gevangen gezet in de Gevangenpoort in Den Haag, waar hij op de pijnbank werd gelegd. Een barbier Tichelaar uit Piershil (Hoekse Waard) had het gerucht verspreid dat Cornelis de Witt een moordaanslag had beraamd op de Prins van Oranje. Hoewel vrijgesproken van deze aanklacht werd Cornelis tot verbanning uit Holland veroordeeld.
Op 20 augustus 1672 ging Johan naar de Gevangenpoort om zijn broer af te halen. Buiten de gevangenis had zich een massa woedend volk zich verzameld, dat het leven van de gebroeders De Witt eiste. Toen het volk de Gevangenpoort was binnengedrongen, trof men de gebroeders De Witt lezend aan. Cornelis de Witt werd letterlijk doodgetrapt en -gestoken. Zijn broer Johan werd gedood door een pistoolschot. De lijken werden naar de galgenpaal gesleept en aan de voeten opgehangen. Voor het gepeupel was het moorden nog niet genoeg. Men scheurde de kleren van de lichamen en sneed de lijken aan stukken.
(bron: website gemeente Dordrecht)